donderdag 13 juni 2024

Open brief aan de leden van de gemeenteraad van Lint

Geachte gemeenteraadslid,

Op 25 juni stemt u over de aanleg van straten in het gebied Zevenhuizen. Uw vorige beslissing hierover (205 woningen, 25 mei 2021 OMV 2019009031) werd nietig verklaard door de Raad van State. Onder deze link vindt u het arrest met aanduiding van de relevante passages (p. 11 en12) .

Vanuit onze jarenlange ervaring in dit dossier raden wij u aan om deze nieuwe vraag (192 woningen, 25 juni 2024 OMV 2023083488) van de bouwpromotor af te keuren. Vermijd dat Lint zich hiermee stort in een juridisch moeras. Graag lichten wij even toe waarom.

1. Sinds 2017 zeggen wij: ‘Laat het GRUP buiten toepassing omdat het onwettelijk tot stand kwam’. Dit komt omdat het nulalternatief en het locatiealternatief als wettelijk verplicht onderdeel van het MER nooit onderzocht werden. Ook de manier waarop Lint zelf te werk ging met het RUP in 2011 (louter MER-screening) is niet wettelijk. Dit is ook de zienswijze van Hendrik Schoukens, professor milieurecht aan de Universiteit Gent. Hij kent het dossier Zevenhuizen goed want hij is onze advocaat. De vraag over de wettelijkheid ligt nu voor bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Binnenkort wordt er een datum voor de hoorzitting vastgelegd. Door nu te stemmen over een ander stratentracé in de gemeenteraad, kan die raad allicht niet meer oordelen. Uw eventuele goedkeuring van dit agendapunt ontzegt ons zo de toegang tot een onafhankelijke rechter. Het is niet de eerste keer dat Lint zo handelt (lees onze reactie op uw keuze om de procedure niet verder te zetten in nov. '22). Toegang tot een rechter inzake milieugeschillen is een grondrecht dat gegarandeerd moet worden. Wij zullen gerechtelijke stappen zetten om dit grondrecht te kunnen uitoefenen en zullen de gemeente aansprakelijk stellen voor onze kosten in de lopende aanvraag indien een grondrecht ontzegd wordt door uw goedkeuring.

Geef een rechter de kans uitspraak te doen over onze claim dat daar verkavelen onwettelijk is. Respecteer de rechtstaat.

2. Vanuit efficiëntie-oogpunt is het niet verstandig dat een overheid twee dossiers tegelijk behandelt. Kiezen om de vergunning (met kenmerk OMV_2023083488) nu goed te keuren, zet de deur open voor administratieve overlast. Uw goedkeuring schept een ongezien precedent. Burgers en bouwpromotoren zullen nieuwe varianten van omgevingsvergunningen indienen telkens wanneer er beroep wordt aangespannen (lees hier waarom dit zo zinloos is). Daarom is uw goedkeuring van het nieuwe stratentracé niet wenselijk. Twee dossiers die in omloop zijn geeft alle betrokkenen, dus ook Lint zelf, manifeste juridische onzekerheid. Welk van de twee projecten zal er dan komen zolang de bouwpromotor geen afstand nam van vorige versie?

Creëer geen inefficiënties. Ga niet mee in juridische onzekerheid.


3.Leden van het schepencollege durven beweren dat ‘Lint niet anders kan dan goedkeuren omdat Lint niet de financiële middelen heeft voor de eventuele planschade’ (lees hier de uitspraak van Rudy Verhoeven hierover). Deze zienswijze is manifest onjuist. Pas bij een eventuele herbestemming is planschade aan de orde. Lint kan -net als verschillende andere gemeenten- perfect kiezen om geen straten aan te leggen en de vergunning te weigeren. Het stratentracé is de unieke bevoegdheid van de gemeenteraad. Hiertegen is geen beroep mogelijk. Bij een beroep tegen de omgevingsvergunning, kunnen wij samen argumenteren waarom deze keuze werd gemaakt. In het onwaarschijnlijke geval dat de provincie (N-VA CD&V) dan toch nog goedkeurt, stappen we samen naar de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Dit is goedkoper dan als bestuur te blijven procederen tegen eigen burgers en omgekeerd. Er zijn tal van legitieme redenen om dit dossier niet goed te keuren: blijvende feitelijke onjuistheden over de aanwezige bomen (zie p. 43-50 in ons bezwaarschrift), foute rooilijnen (zie p. 132 en 133 en in ons bezwaarschrift) verplaatsing van een voetweg naar een strook die over 150 meter bebost is (want die verplaatsing impliceert een ontbossing die nergens vermeld wordt en waarvoor niet gecompenseerd wordt lees bovenaan p. 47 en 48 in ons bezwaarschrift). Bovendien valt niet in te zien hoe uw beslissing het argument van ‘waterhuishouding’ nu wél zou kunnen counteren. Dat terwijl juist dit het argument was van de Raad van State die zei: “Lint ging onzorgvuldig te werk, respecteert de bestaande wetgeving niet en brengt de behoeften van toekomstige generaties in het gedrang”.

Bouwen in watergevoelig gebied is niet meer van deze tijd.

4.Voor de Vlaamse Adviescommissie voor Volksraadplegingen lijkt het zinvol om een verzoekschrift met de vraag “Bent u voor de aanleg van bijkomende straten in onze gemeente Lint?” in te dienen in 2025 en te richten aan het nieuwe bestuur van de gemeente. In die context lijkt het vanzelfsprekend dat de gemeenteraad hierover nu geen beslissing neemt. De commissie wijst erop dat deze houding hoort bij de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en verwijst hierbij naar Omzendbrief KBBJ/ABB 2023/1 betreffende beslissingen in het jaar van de gemeenteraadsverkiezingen. U dient hierover dus met de nodige omzichtigheid op te treden. U vindt het schrijven aan het gemeentebestuur van Lint hierover en de omzendbrief in deze link.

Volg dit advies.

Voor een kleine gemeente als Lint is dit, gegeven het aantal bezwaarschriften en de grootte van het project, een drastische beslissing. De raad van State zal uw beslissing daarom opnieuw vernietigen.

Neem geen drastische beslissing in een verkiezingsjaar.

Wij zijn ervan overtuigd dat sinds onze mail van 25 april het dossier duidelijk is en dat u onze bezwaren kent. Mocht het dossier voor u of uw fractie niet geheel gekend zijn, specifiek onze nieuwe bezwaren, dan horen wij u graag. Wij kijken er naar uit u te begroeten op de gemeenteraad van dinsdag 25 juni.

Hartelijke groeten en tot dan,

 

Ise, Steven, Gunter, Monique, Ilse, Lieve, Mieke, Luc en vele anderen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten